Adalimumab remt tumor-necrose-factor-alfa (TNF-α), een belangrijk cytokine in de pathogenese van inflammatoire aandoeningen. Uit in vitro onderzoek is gebleken dat de productie van TNF-α verhoogd is in de gewrichten van patiënten met reumatoïde artritis. Adalimumab bindt specifiek aan TNF en neutraliseert de biologische werking door de interactie met p55- en p75- TNF-receptoren aan het celoppervlak te blokkeren
De volgende kinetische parameters zijn gevonden bij 10 FSGS patiënten (6-36 jaar), waaronder 7 kinderen [Joy]:
Enkele dosis | Steady state | |
---|---|---|
Tmax | 55 uur | 34,2 uur |
Cmax | 9,2 µg/ml | 12,8 µg/ml |
t1/2 | 159 uur | 273 uur |
Cl/F | 20,2 ml/uur | 53,2 ml/uur |
V/F | 3,5 l | 6,6 l |
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Polyarticulaire juveniele idiopathische artritis:
≥2 jaar: on-label
<2 jaar: off-label
Juveniele ziekte van Crohn: on-label
Enthesitis-gerelateerde artritis:
≥6 jaar: on-label
<6 jaar: off-label
Uveitis:
<2 jaar: off-label
≥2 jaar: on-label
Psoriasis:
<4 jaar: off-label
≥4 jaar: on-label
Colitis ulcerosa:
on-label
overige autoinflammatoire aandoeningen: off-label
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Inj.vlst. "voor kinderen" 50 mg/ml 0.8 ml
Inj.vlst. "voor kinderen" 100 mg/ml 0.2 ml
Inj.vlst. "wwsp" 100 mg/ml 0.4 ml, 0.8 ml
Inj.vlst. "pen" 100 mg/ml 0.4 ml, 0.8 ml
Beschikbaar als:
20 mg/0,2 ml in een voorgevulde spuit.
40 mg/0,4 ml in een voorgevulde spuit.
40 mg/0,4 ml in een voorgevulde pen.
40 mg/0,8 ml in een flacon.
80 mg/0,8 ml in een voorgevulde spuit.
80 mg/0,8 ml in een voorgevulde pen.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Ziekte van Crohn |
---|
|
Polyarticulaire juveniele idiopathische artritis, enthesitis gerelateerde artritis, psoriasis, uveitis |
---|
|
Overige autoinflammatoire aandoeningen die niet reageren op de conventionele therapie, waaronder sarcoïdose, Blau syndroom en Chronische Recidiverende Multifocale Osteomyelitis (CRMO)/Synovitis, Acne, Pustulose, Hyperostose en Ostitis (SAPHO), persisterende oligoarticulaire juveniele idiopathische artritis |
---|
|
Hidradenitis suppurativa |
---|
|
Colitis Ulcerosa |
---|
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.
GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Wratten, gewichtstoename, vermoeidheid, ziekte van Crohn, osteoporose, atypische cervixcellen[Tarkiainen]. Er zijn casussen beschreven waarin kinderen psoriatische plaques ontwikkelen tijdens gebruik van adalimumab[Perman].
Zeer vaak (> 10%): luchtweginfecties (waaronder lagere en hogere luchtweginfecties; zoals. pneumonie, sinusitis, faryngitis, nasofaryngitis en virale herpes pneumonie). Hoofdpijn. Buikpijn, misselijkheid en braken. (Schilferende) huiduitslag. Spierpijn. Leukopenie (waaronder neutropenie en agranulocytose), anemie. Verhoogde lipiden, stijging van leverenzymwaarden. Reacties op de injectieplaats.
Vaak (1-10%): systemische infecties (waaronder sepsis, candidiase en influenza), intestinale infecties (waaronder virale gastro-enteritis), huid- en onderhuidinfecties (waaronder paronychia, cellulitis, impetigo, fasciitis necroticans en herpes zoster), oorontstekingen, orale infecties (waaronder herpes simplex, orale herpes en tandvleesinfecties), genitale infecties, urineweginfecties (waaronder pyelonefritis), schimmelinfecties, gewrichtsinfecties. Benigne neoplasma, huidkanker met uitzondering van melanoom (waaronder basaalcelcarcinoom en epitheelcelcarcinoom). Trombocytopenie, leukocytose. Hypersensitiviteit, allergieën. Dehydratie, hypokaliëmie, verhoogde waarden urinezuur, afwijkende waarde natrium in bloed, hypocalciëmie, hyperglykemie, hypofosfatemie. Stemmingswisselingen (waaronder depressie), angst, slapeloosheid. Paresthesieën (waaronder hypo-esthesie), migraine, zenuwwortelcompressie. Visusstoornis, conjunctivitis, blefaritis, oogzwelling. Draaiduizeligheid. Tachycardie. Hypertensie, blozen. Hoesten, astma, dyspneu. Maag-darmbloeding, dyspepsie, reflux-oesofagitis, siccasyndroom. Recidief of verergering psoriasis, jeuk, urticaria, blauwe plekken, dermatitis (waaronder eczeem), breken van de nagels, hyperhidrose, alopecia. Spierspasmen (waaronder toename van de hoeveelheid creatinekinase in het bloed). Hematurie, gestoorde nierfunctie. Pijn op de borst, oedeem, koorts. Stollings- en bloedingsstoornissen (waaronder verlengde APTT), positieve test op auto-antilichamen (waaronder antilichamen tegen dubbelstrengs DNA), verhoogde waarden lactaatdehydrogenase in het bloed.
Soms (0,1-1%): opportunistische infecties en tuberculose (waaronder coccidioïdomycose, histoplasmose en MAC-infectie (Mycobacterium avium complex)), neurologische infecties (waaronder virale meningitis), ooginfecties, bacteriële infecties, diverticulitis. Lymfoom, solide tumoren (waaronder borstkanker, longkanker en schildklierkanker), melanoom. Idiopathische trombocytopenische purpura. Sarcoïdose, vasculitis. Dubbel zien, doofheid, oorsuizen. Aritmieën, congestief hartfalen, myocardinfarct, aneurysma aortae, bloedvatafsluiting, tromboflebitis. CVA, tremor, neuropathie. COPD, interstitiële longaandoeningen, pneumonitis, longembolie, pleurale effusie. Slikklachten, zwelling van het gezicht. Cholecystitis en cholelithiase, verhoogde waarden bilirubine, hepatische steatose. Pancreatitis. Nachtzweten. Rabdomyolyse. Systemische lupus erythematodes. Nycturie. Erectiestoornis.
Zelden (0,01-0,1%): hartstilstand. Anafylaxie, angio-oedeem. Reactivatie van hepatitis B (mogelijk fataal), ernstige leverreacties waaronder (auto-immuun) hepatitis. Pancytopenie. Multipele sclerose, demyeliniserende aandoeningen (bv. neuritisoptica, Guillain-Barrésyndroom). Pulmonale fibrose. Intestinale perforatie. (Cutane) vasculitis, erythema multiforme, Stevens-Johnsonsyndroom (SJS), lupus-achtig syndroom, lichenoïde huidreactie. Leukemie.
Verder zijn gemeld: diverticulitis. Leverfalen. Verergering van symptomen van dermatomyositis. Hepatosplenisch T-cellymfoom, Merkel-celcarcinoom.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Het optreden van maligniteiten -sommigen met fatale afloop- bij kinderen en adolescenten die behandeld werd met adalimumab is gemeld. In de helft van de gevallen betrof het lymfomen. In de andere gevallen betrof het andere maligniteiten en de gebruikelijke zeldzame maligniteiten die gelinkt zijn aan het gebruik van adalimumab. Een risico op het ontwikkelen van maligniteiten kan daarom niet worden uitgesloten. (SmPC Humira)
Het wordt aangeraden om alle van toepassing zijnde vaccinaties van het Rijksvaccinatie programma toe te dienen voor de start van behandeling met adalilumab. Toediening van levende vaccins (bijv BCG vaccine) aan kinderen die in de baarmoeder zijn blootgesteld aan adalimumab wordt niet aangeraden tot 5 maanden na de laatste adalimumab injectie tijdens de zwangerschap. (SmPC Humira)
Patiënten met anti-TNF therapie zijn vatbaarder voor ernstige infecties. Een verminderde longfunctie vermeerdert de kans op het ontwikkelen van infecties. Voorzichtigheid in acht nemen bij een voorgeschiedenis van recidiverende infecties of bij onderliggende aandoeningen die een predispositie voor infecties kunnen vormen (waaronder een verminderde longfunctie). Bij ouderen (> 65 j.) komen ernstige (soms fatale) infecties vaker voor. Vóór, tijdens én tot en met vijf maanden na de behandeling met adalimumab zorgvuldig controleren op infecties, waaronder tuberculose (TBC). Profylactische anti-tuberculose therapie (voor begin van de behandeling met adalimumab) overwegen bij latente of actieve TBC in de voorgeschiedenis waarvan niet zeker is of deze adequaat is behandeld en ook bij de aanwezigheid van meerdere of significante risicofactoren voor TBC en een negatieve uitslag op de test voor latente TBC. Bij blootstelling aan TBC en na het reizen in gebieden met meer kans op TBC of endemische mycosen (zoals histoplasmose, coccidioïdomycose of blastomycose), het risico en de baten van behandeling met adalimumab afwegen, alvorens de therapie te initiëren. Ondanks adequate (profylactische) behandeling kan reactivatie van TBC optreden tijdens behandeling met adalimumab. Bij ontwikkeling van ernstige infecties, sepsis of vermoeden van acute TBC de behandeling staken. De toediening van adalimumab onmiddellijk staken bij de verdenking op een invasieve schimmelinfectie (zoals bij tekenen en symptomen van koorts, malaise, gewichtsverlies, zweten, hoesten, dyspneu en/of pulmonale infiltraten) of andere ernstige systemische ziekte al dan niet gepaard gaand met shock, en een geschikte (antischimmel)therapie starten. Risicopatiënten screenen op hepatitis B voor aanvang van de behandeling. Bij reactivering hepatitis B de behandeling staken; dragers van het virus die behandeling met adalimumab nodig hebben zorgvuldig monitoren op symptomen van actieve ziekte.
Een mogelijke kans op ontwikkeling van lymfomen, waaronder hepatosplenisch T-cellymfoom, leukemie of andere hematopoëtische of vaste maligniteiten door behandeling met adalimumab kan niet worden uitgesloten; wees met name voorzichtig bij COPD en zware rokers vanwege een extra toegenomen kans op maligniteiten. Langdurige behandeling met adalimumab kan het risico van het ontstaan van neoplasmata vergroten. Patiënten – in het bijzonder bij een voorgeschiedenis van behandeling met immunosuppressiva of PUVA – voor en tijdens de behandeling met adalimumab controleren op aanwezigheid van niet melanotische huidkanker. Patiënten met colitis ulcerosa en meer kans op dysplasie (bv. het voorkomen er van in de voorgeschiedenis) of coloncarcinoom regelmatig controleren op dysplasie.
Wees voorzichtig bij demyeliniserende aandoeningen van het centrale zenuwstelsel (waaronder multipele sclerose, optische neuritis) en perifere demyeliniserende aandoeningen, waaronder Guillain-Barrésyndroom en bij mild hartfalen (NYHA-klasse I/II). Bij uitbreiding of verergering van de symptomen de toediening staken.
Tijdens de behandeling kunnen auto-immuunantilichamen zich ontwikkelen. De invloed van langdurige behandeling op de ontwikkeling van auto-immuun aandoeningen is onbekend. Bij optreden van een lupusachtig syndroom in combinatie met anti-DNA-antilichamen de behandeling staken.
Gebrek aan respons op behandeling voor de ziekte van Crohn kan wijzen op een gefixeerde fibrotische vernauwing van de dunne darm, waarvoor operatieve behandeling noodzakelijk is.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Relevant: bij combinatie van de TNF-α-antagonist etanercept met abatacept, anakinra of een andere IL-1-remmer is een hogere incidentie van ernstige infecties waargenomen dan bij behandeling met etanercept alleen. Adalimumab is een TNF-α-antagonist; combinatie van adalimumab met anakinra of abatacept wordt ontraden.
Geen interactie: in de literatuur is onvoldoende onderbouwing voor interactie met antibacteriële middelen.
Er bestaat een gering risico op hepatosplenisch T-cellymfoom bij combinatie met azathioprine of mercaptopurine bij de behandeling van inflammatoire darmziekten.
Niet beoordeeld: in combinatie met methotrexaat worden minder antilichamen tegen adalimumab gevormd en is de plasmaconcentratie hoger dan bij monotherapie met adalimumab.
Interacties immunosuppressiva algemeen
Levende vaccins: vaccinatie met levende micro-organismen tijdens immunosuppressieve therapie (behalve cutaan toegediend pimecrolimus of tacrolimus) kan een gegeneraliseerde infectie veroorzaken. De combinatie moet worden vermeden.
Niet-levende vaccins: tijdens gebruik van immunosuppressiva kunnen vaccinaties met gedode verwekker of afgeleid antigeen minder effectief zijn door een verminderde immuunrespons. In sommige gevallen kan het vaccin herhaald worden toegediend of kan een titerbepaling worden gedaan.
De werking van immunocyanine kan worden verminderd.
Geen interactie:
In de literatuur is onvoldoende onderbouwing voor interactie met allergenen.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
SELECTIEVE IMMUNOSUPPRESSIVA | ||
---|---|---|
Orencia
|
L04AA24 | |
Soliris, Epysqli
|
L04AA25 | |
Arava
|
L04AA13 | |
Cellcept, Myfenax
|
L04AA06 | |
L04AA04 | ||
Rinvoq
|
L04AA44 |
OVERIGE IMMUNOSUPPRESSIVA | ||
---|---|---|
Imuran
|
L04AX01 | |
Emthexate, Metoject, Injexate
|
L04AX03 |
TUMORNECROSEFACTOR-ALFA-ANTAGONISTEN | ||
---|---|---|
Enbrel
|
L04AB01 | |
Simponi
|
L04AB06 | |
Remicade, Inflectra, Flixabi, Remsima, Zessly
|
L04AB02 |
INTERLEUKINEREMMERS | ||
---|---|---|
Kineret
|
L04AC03 | |
Simulect
|
L04AC02 | |
Ilaris
|
L04AC08 | |
Taltz
|
L04AC13 | |
Enspryng
|
L04AC19 | |
Cosentyx
|
L04AC10 | |
RoActemra, Tyenne
|
L04AC07 | |
Stelara
|
L04AC05 |
CALCINEURINEREMMERS | ||
---|---|---|
Neoral, Sandimmune
|
L04AD01 | |
Prograft, Modigraf, Adport, Tacni, Advagraf, , Envarsus, Conferoport, Dailiport, Tacforius
|
L04AD02 |
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.