Natriumfosfaat (oraal)

Stofnaam
Natriumfosfaat (oraal)
Merknaam
ATC code
A12CX

Natriumfosfaat (oraal)

Doseringen
Nierfunctiestoornissen

Produkten, hulpstoffen, toediening en tekorten
Bijwerkingen
Contraindicaties
Waarschuwingen en voorzorgen

Interacties
Eigenschappen (PD/PK)

Registratiestatus
Middelen uit dezelfde ATC groep
Referenties
Versiebeheer

Eigenschappen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Er is hier op dit moment nog geen informatie over beschikbaar.

Farmacokinetiek bij kinderen

Geen informatie

Label dosisadvies Kinderformularium

Off-label

Toon SmPC tekst Toon SmPC tekst

SmPC tekst

Niet geregistreerd voor de indicatie hypofosfatemie

Beschikbare toedieningsvormen/sterktes

Drank 1 mmol/ml
Tablet 16 mmol (via de Internationale apotheek)

Bij fosfaatsuppletie bij kinderen wordt gekozen voor natriumdiwaterstoffosfaat in plaats van dinatriumwaterstoffosfaat en/of kaliumzouten om de natrium- en kaliumbelasting zo laag mogelijk te houden
 

Overige info toediening/beschikbaarheid

Informatie over geneesmiddeltekorten

Doseringen

Hypofosfatemie
  • Oraal
    • 0 jaar tot 18 jaar
      [1] [2]
      • 1 - 3 mmol/kg/dag in 3 - 4 doses. Max: 30 mmol/dag.
      • Doseren op geleide van serum fosfaat spiegel

Nierfunctiestoornissen bij kinderen > 3 maanden

Er zijn geen gegevens bekend over doseeraanpassing bij nierfunctiestoornissen.

Bijwerkingen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Na orale toediening:

Bij meer dan 10% van de patiënten: buikpijn, opgezette buik, misselijkheid, diarree, duizeligheid, koude rillingen en asthenie.

Bij 1-10%: braken, abnormale colonoscopie (aftoïde punctiforme laesies in het rectosigmoïde gebied), hoofdpijn en pijn op de borst.

Bij minder dan 1%: dehydratie.

Zelden hyperfosfatemie, hypocalciëmie, hypokaliëmie, hypernatriëmie, metabole acidose, tetanie, ectopische calcificatie, hypotensie, nefrocalcinose, acute fosfaatnefropathie, acuut nierfalen, chronisch nierfalen, myocardinfarct, hartritmestoornissen, spierkramp, bewustzijnsverlies, paresthesie, allergische dermatitis en overgevoeligheidsreacties.

Na rectale toediening kan lokale irritatie optreden. Verder zijn gemeld buikpijn, opgezette buik, misselijkheid, braken, diarree, hyperfosfatemie, hypocalciëmie, hypokaliëmie, hypernatriëmie en metabole acidose. Bij jonge kinderen en ouderen kan een verstoring van de elektrolytenbalans sneller tot ernstige klinische verschijnselen leiden en fatale gevolgen hebben; bij volwassenen is het met name van belang wanneer de toestand van patiënt kritiek is of wanneer het frequent wordt toegediend. Regelmatig of langdurig gebruik kan aanleiding geven tot gewenning.

Na intraveneuze toediening van fosfaat kunnen hyperfosfatemie, hypocalciëmie, ectopische calcificatie, hypotensie, acuut nierfalen en tetanie optreden.

 

Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb

  • Bij kinderen worden veel geneesmiddelen off-label gebruikt. Alle ervaringen zijn belangrijk om te melden om zo meer kennis te verzamelen en te delen
  • Ook wanneer u niet zeker weet of de bijwerking echt door het geneesmiddel komt
Meld hier

Contra-indicatie algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Overgevoeligheid, primaire hyperparathyreoïdie geassocieerd met hypercalciëmie (vanwege een verhoogd risico op calciumfosfaat afzetting in de nier), hartfalen, ascites, peritonitis, megacolon (aangeboren of verworven), verdenking op de ziekte van Hirschsprung, maagdarmbloedingen, darmperforatie en actieve inflammatoire darmziekten. Bij rectaal gebruik tevens anusatresie en beschadigd rectumslijmvlies.


Waarschuwingen en voorzorgen bij kinderen

Voorzichtigheid is geboden bij jonge kinderen.

Bij fosfaatsuppletie bij kinderen wordt gekozen voor natriumdiwaterstoffosfaat in plaats van dinatriumwaterstoffosfaat en/of kaliumzouten om de natrium- en kaliumbelasting zo laag mogelijk te houden

Waarschuwingen en voorzorgen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Voorzichtigheid is geboden bij verzwakte patiënten, bij reeds bestaande elektrolytstoornissen (hyperfosfatemie, hypernatriëmie, hypocalciëmie, hypokaliëmie), dehydratie, hypovolemie, hypertensie, oedeem, cardiomyopathie, myocardinfarct, instabiele angina pectoris, hypoalbuminemie, levercirrose, zwangerschapstoxicose, maagretentie, hypomotiliteitsstoornissen en struvietstenen.

Calciumbevattende preparaten verhinderen de opname van fosfaat. Gebruik deze middelen daarom minimaal een half uur na inname van het fosfaatpreparaat. Ook voedsel dient ten minste een half uur na inname genuttigd te worden.

Interacties Bron: KNMP/Informatorium Medicamentorum

Relevant: het risico op hyperfosfatemie en hypercalciëmie neemt toe bij combinatie met burosumab. Gelijktijdige behandeling moet worden vermeden.

Dinatriumwaterstoffosfaat en fosfaatbinders gaan elkaars werking tegen.

MINERAALSUPPLEMENTEN

Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.

CALCIUM

Calciumcarbonaat

Calci-chew, Cacit
A12AA04
A12AX
A12AA06
KALIUM
A12BA01
A12BA02
OVERIGE MINERAALSUPPLEMENTEN
A12CC05
A12CC01
A12CC04
A12CC03
A12CC02

Selenium

Selenase
A12CE02
A12CB01

Referenties

  1. Latta K et al. , Therapeutics of X-linked hypophosphatemic rickets., Pediatr Nephrol., 1993, Dec;7(6):, 744-8
  2. UMC St. Radboud.. , Indicatiegericht formularium, Versie 1.1.1.0. ., Geraadpleegd: feb 2014, http://igf.medecs.nl/Default.aspx?locatie=Umcn
  3. Informatorium Medicamentorum. , Bijwerkingen, contraindicaties, interacties., Geraadpleegd 12 feb 2019

Wijzigingen

  • 17 februari 2023 14:34: Doseerfrequentie gewijzigd naar 3-4 dd om nachtelijke toediening te voorkomen.

Therapeutic Drug Monitoring


Overdosering