Macrogol (4000) is een lange lineaire polymeer waarop watermoleculen worden vastgehouden door middel van waterstofbindingen. Bij orale toediening verhogen zij het vloeistofvolume in de darmen. Het intestinale vloeistofvolume dat niet wordt geabsorbeerd is verantwoordelijk voor de laxerende eigenschappen.
Macrogol 4000 heeft een hoog moleculair gewicht waardoor het niet wordt geabsorbeerd, noch gemetaboliseerd.
Obstipatie: On-label
Faecale impactie: Off-label
Poeder voor drank "junior" (4000) 4 g,
Poeder voor drank (4000) 10 g
Obstipatie |
---|
|
Faecale impactie |
---|
GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.
GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.
Gastro-intestinale bijwerkingen zoals diarree, abdominale pijn, opgeblazen gevoel, braken en misselijkheid. Elektrolyt stoornis (Boles 2015).
Vaak (1-10%): abdominale zwelling en/of pijn, diarree, misselijkheid. Soms (0,1-1%): braken, opgeblazen gevoel, ontlastingsaandrang en fecale incontinentie. Zeer zelden (< 0,01%): overgevoeligheidsreacties (bv. door macrogol of zwaveldioxide) zoals jeuk, urticaria, uitslag, gezichtsoedeem, Quincke-oedeem, bronchospasme, anafylactische shock. Voorts zijn diarree in combinatie met elektrolytafwijkingen en/of dehydratie gemeld, vooral bij oudere patiënten.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Bij gebruik van macrogol dient men voldoende te drinken, omdat anders het risico van toename van obstipatie bestaat (NVK 2015).
Voorafgaande aan de start van de behandeling moet een organische aandoening worden uitgesloten, in het bijzonder bij kinderen jonger dan 2 jaar. Het door de behandeling teweeggebrachte herstel van de darmperistaltiek zal onderhouden worden door een gezonde levenswijze en dieetmaatregelen. In het geval van diarree dient voorzichtigheid te worden toegepast bij patiënten, die aanleg hebben voor een verstoring in de water en elektrolytenbalans (patiënten met een verminderde lever- of nierfunctie of patiënten die diuretica gebruiken). Controle van de elektrolyten dient te worden overwogen.
Voorzichtigheid is geboden bij patiënten met verstoorde kokhalsreflex en patiënten die aanleg hebben voor regurgitatie of aspiratie. Er zijn gevallen gerapporteerd van aspiratie nadat zeer grote hoeveelheden polyethyleenglycol en elektrolyten waren toegediend via een maagsonde. In het bijzonder kinderen met neurologische aandoeningen met betrekking tot de motoriek van de mond, lopen het risico op aspiratie [SmPC Forlax].
Bij onvoldoende effect is nader onderzoek aangewezen. Bij aanleg voor verstoring in de water- en elektrolytenbalans (bv. verminderde lever- of nierfunctie of diureticagebruik) tijdens gebruik de elektrolyten controleren.
Niet beoordeeld: de AUC en Cmax van digoxine kunnen afnemen.
Het adsorberend vermogen van geactiveerde kool kan afnemen.
Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.
EMOLLIENTIA | ||
---|---|---|
A06AA01 |
CONTACTLAXANTIA | ||
---|---|---|
Dulcolax
|
A06AB02 | |
Dulcopearls, Dulcodrops
|
A06AB08 | |
Picoprep, Citrafleet
|
A06AB58 | |
X-praep
|
A06AB06 |
VOLUMEVERGROTENDE LAXANTIA | ||
---|---|---|
Metamucil, Volcolon suikervrij.
|
A06AC01 |
OSMOTISCH WERKENDE LAXANTIA | ||
---|---|---|
Importal
|
A06AD12 | |
Duphalac
|
A06AD11 | |
Movicolon "Junior", Transipeg, Klean-prep, Clensia
|
A06AD65 |
KLYSMA'S | ||
---|---|---|
A06AG | ||
Norgalax, Klyx
|
A06AG10 | |
Colex
|
A06AG01 | |
Microlax
|
A06AG11 |